Advies over onderwijsloopbaanbegeleiding voor jongeren die (willen) doorstromen naar de arbeidsmarkt
De Vlor vraagt in dit advies aandacht voor de onderwijsloopbaanbegeleiding van jongeren die na het secundair onderwijs niet doorstromen naar het hoger onderwijs. Hij bekijkt welke rol het exploratie-instrument Columbus daarbij kan opnemen. Tegelijk benadrukt de raad het belang van het bredere proces van onderwijsloopbaanbegeleiding. De hoofdboodschap van het advies is dan ook om vooral in te zetten op het versterken van het bredere traject van onderwijsloopbaanbegeleiding, eerder dan te focussen op een instrument.
De raad stelt vast dat er nood is aan een samenhangend beleid en aan meer concrete aanknopingspunten voor scholen om op een systematische en structurele manier doorheen de schoolloopbaan werk te maken van onderwijsloopbaanbegeleiding. Er ontbreekt tijd en ruimte om met leerlingen in gesprek te gaan over hun onderwijsloopbaan. Er bestaat ook onduidelijkheid over de rollen en verantwoordelijkheden van alle betrokken actoren.
Met de modernisering van het secundair onderwijs wint onderwijsloopbaanbegeleiding aan belang. Scholen kunnen op een verschillende manier omgaan met de contouren van die modernisering, maar elke school zou jongeren zo breed mogelijk moeten ondersteunen in hun keuzeprocessen.
KrijtlijnenHet draaiboek bij Columbus bevat voor scholen al heel wat handvatten om een kwalitatieve onderwijsloopbaanbegeleiding uit te bouwen.
De Vlor pleit voor doorlopende aandacht voor onderwijsloopbaanbegeleiding vanuit een sterk schoolbeleid. Hij benadrukt dat elke leerling recht heeft op een zo breed mogelijk exploratie. Onderwijsloopbaanbegeleiding is in belangrijke mate hetzelfde voor alle leerlingen, ongeacht hun profiel, maar de raad ziet wel een aantal specifieke accenten in de begeleiding van jongeren die willen doorstromen naar de arbeidsmarkt: werkexploratie en netwerken, arbeidsmarktinformatie en aandacht voor generieke arbeidsmarktcompetenties en sollicitatievaardigheden.
AanbevelingenDe Vlor wijst op het belang van een sterk schoolbeleid. Het toekomstige decreet leerlingenbegeleiding kan duidelijkheid scheppen over de rollen en verantwoordelijkheden. Scholen kunnen ook kansen benutten in het gemoderniseerde studieaanbod.
De Vlor dringt aan op een herwerking en verbreding van Columbus zodat dit instrument voor alle leerlingen nuttig kan zijn. Dat vraagt om een verruiming van de ontwikkeling van Columbus, zowel in betrokken organisaties als in middelen. Die herwerking en verbreding verandert het doel van Columbus niet. Het instrument moet zich blijven richten op het verkennen van de eigen interesses en mogelijkheden bij leerlingen van de derde graad en hen een zicht geven op hun voorkeuren en sterktes, met het oog op het eventueel verder studeren in het hoger onderwijs. Hbo5 hoort hier ook bij.
Aanvullend houdt de raad een sterk pleidooi om andere aspecten binnen onderwijsloopbaanbegeleiding voor deze leerlingen te versterken: verder inzetten op Onderwijskiezer, het versterken van schoolteams, klassenraden en clb en het stimuleren van samenwerking met partners buiten het onderwijs.