Advies over de randvoorwaarden voor internationale mobiliteit
De Raad Hoger Onderwijs zet op eigen initiatief enkele randvoorwaarden op een rij voor een goed internationaal mobiliteitsbeleid van studenten en docenten in het Vlaamse hoger onderwijs. De overheid, de hogeronderwijsinstellingen en de studenten hebben hierin elk een verantwoordelijkheid.
Het advies beklemtoont het belang van een goed, overkoepelend en gedragen internationaliseringsbeleid. De raad ziet talrijke voordelen voor de student, de instelling en de maatschappij. De instellingen en associaties, maar ook de overheid zouden daarom beleidsplannen over internationalisering moeten opmaken. De raad vraagt ook dat zij meer data over internationalisering zouden verzamelen, onder meer om die plannen te baseren op concrete cijfergegevens.
Uitgaande mobiliteit
Nog geen 10% van de Vlaamse studentenpopulatie volgt een gedeelte van zijn opleiding (studie of stage) in het buitenland. De raad vindt dat elke student (ongeacht zijn afkomst) in de toekomst buitenlandse studie-ervaring zou moeten kunnen opdoen. Internationalisation@home kan hier ook een rol in spelen.
Randvoorwaarden uitgaande mobiliteit
- het aanbod beter bekend maken door informatie te centraliseren, een portaalwebsite te bouwen en de diensten internationalisering van de instellingen bekend te maken;
- het mondiale aanbod uitbreiden en beter integreren in de curricula. Er is interesse voor want de UOS-beurzen zijn altijd op;
- streefcijfers opnemen in internationaliseringsbeleidsplannen;
- adequate financiering: Vlaamse overheid kan middelen bijpassen bij Erasmus (beurzen zijn vrij laag) en Leonardo (meer beurzen nodig) en meer middelen uittrekken voor internationale stages;
- problemen oplossen ivm studentenjobs (hier en in buitenland), de structuur van de opleidingen en de meeneembaarheid van de studietoelage nog vergroten,
- doelgroepstudenten betrekken (culturele, fysieke, socio-economische drempels wegwerken);
- een internationaliseringscultuur laten ontstaan (belang internationalisation@home);
- transparantie ivm erkenning studie: belang van de learing agreement;
- academische flexibiliteit: studenten moeten in het buitenland ook opleidingsonderdelen kunnen opnemen die geen deel uitmaken van het curriculum;
- aandacht voor (administratieve) begeleiding en vreemdetalenkennis van studenten die naar buitenland wensen te gaan.
Inkomende mobiliteit
Buitenlandse studenten brengen in de Vlaamse instellingen hoger onderwijs een uitwisseling van ideeën teweeg die enkel positief kan zijn voor de eigen onderwijskwaliteit en voor de bloei van een internationaliseringscultuur die Vlaamse studenten kan stimuleren om zelf naar het buitenland te gaan.
Randvoorwaarden
Randvoorwaarden voor de inkomende mobiliteit zijn onder meer:
- goede informatieverstrekking en opvangbeleid: geïntegreerde huisvesting, faciliteiten, sociale contacten;
- instellingen kunnen een gezamenlijke gedragscode afspreken inzake recrutering, opvang, begeleiding en rechten & plichten van buitenlandse studenten;
- een instroombeleid dat bijv. minimumeisen vastlegt (ook ivm taalkennins);
- een uitstroombeleid dat brain drain ontmoedigt, maar buitenlandse studenten wel kansen geeft om beperkte ervaring (bijv. 1 jaar) op te doen op de Vlaamse arbeidsmark;
- beperkte versoepeling van de taalregeling (zie apart advies);
- bureaucratische eenvoud nastreven;
- verschil in levensduurte ondervangen met een equilibrerings-, mobiliteits- of solidariteitsfonds
- Lisbon Recognition Convention ivm erkenning buitenlandse diploma's ratificeren.