Advies over de Beleidsbrief 2008-2009
De Vlaamse Onderwijsraad opent zijn advies over de Beleidsbrief 2008-2009 met een tiental algemene bedenkingen. Nadien geeft de raad puntsgewijze opmerkingen over thema's die nog gerealiseerd moeten worden voor de start van volgend schooljaar.
De Vlor vraagt zich af welke realisaties de minister in dit laatste jaar van de legislatuur prioriteit wil geven. De beleidsbrief bevat immers heel veel acties en maatregelen. De raad vindt dat het onderwijspersoneel en de andere onderwijsactoren relatief weinig aandacht krijgen in deze beleidsbrief. Nochtans moeten zij de vele plannen in de praktijk zien te brengen.
Kwaliteit en democratisch gehalte
De Vlor is ook bezorgd over het democratisch gehalte en de kwaliteit van het besluitvormingsproces. Dossiers worden zeer snel door het regelgevend proces gestuwd. Over de fundamentele principes van cruciale dossiers zoals de hervorming van het secundair onderwijs, rationalisatie en programmatie in het hoger onderwijs of de hervorming van het deeltijds kunstonderwijs (voorbereiding niveaudecreet) wordt op dit ogenblik geen open debat gevoerd.
De Vlor vindt nog steeds dat de overheid op bepaalde punten te sturend optreedt en geeft als voorbeeld het aanbieden van parallelversies van de peilingen in het kader van zelfevaluatie door scholen en het door de overheid aangestuurd nascholingsaanbod.
Samenhang van beleidsdossiers
De Vlaamse Onderwijsraad vraagt nogmaals om de samenhang en overzichtelijkheid tussen verschillende onderwijsdossiers beter te bewaken en te communiceren. Scholen moeten de samenhang kennen voor een implementatietraject start. De Vlor geeft de Vlaamse de bundel van kwalificatiestructuur, het hoger beroepsonderwijs, het kwaliteitsdecreet en het EVC-beleid als voorbeeld.
De implementatie van vernieuwingsprocessen hoort een gedragen en gefaseerd proces te zijn waarin de verschillende onderwijsactoren vanuit hun eigen opdracht een rol kunnen spelen. Goede communicatie volstaat niet als implementatiestrategie. De Vlor vraagt systematische en wetenschappelijk onderbouwde beleidsevaluatie. De raad herhaalt zijn standpunt over transversaal beleid. Andere beleidsdomeinen en –niveaus kunnen het onderwijs geen beleidsinitiatieven opleggen zonder met de onderwijsgeledingen te overleggen en ook middelen te voorzien opdat het onderwijs hun doelstellingen helpt te realiseren.
Daarna geeft de Vlaamse Onderwijsraad zijn standpunt over concrete thema's uit de beleidsbrief. Hij verwijst daarbij vaak naar recente adviezen. Thema's waarover de Vlor binnenkort advies uitbrengt komen niet aan bod. Maatregelen die op langere termijn gerealiseerd moeten worden evenmin, daarover bereidt de Vlor een Memorandum voor.