Instapdata kleuteronderwijs
De Raad Basisonderwijs adviseert om het systeem van vaste instapdata in het kleuteronderwijs voor kinderen tussen 2,5 jaar en 3 jaar te behouden. Hij stelt voor om een zevende instapdag toe te voegen na de hemelvaartvakantie om de ongelijke spreiding van instapdata enigszins weg te werken. De raad onderbouwt zijn voorstel onder meer met de resultaten van de enquête die hij in februari over de instapdata hield bij ouders, directies, kleuterleid(st)ers en kinderverzorg(st)ers van de jongste kleuters.
Sinds het schooljaar 1996-1997 kunnen kinderen tussen 2,5 en 3 jaar slechts starten in het kleuteronderwijs op zes vaste instapmomenten: de eerste schooldag na de zomer-, herfst-, kerst-, krokus- en paasvakantie en de eerste schooldag van februari. Eens een kleuter drie jaar is kan hij op gelijk welke schooldag ingeschreven en toegelaten worden.
Uit de enquête die de Raad Basisonderwijs in februari organiseerde, blijkt dat ongeveer twee derden van de 2122 respondenten dit systeem behouden willen zien. Het advies geeft daarvoor argumenten vanuit het perspectief van de verschillende betrokkenen: kind, ouders, kleuterleid(st)ers en kinderverzorgsters, directie, overheid en de kinderopvang.
Een nadeel van het bestaande systeem is dat kinderen die kort na de paasvakantie 2,5 jaar oud worden, pas op 1 september voor het eerst naar school kunnen. In vergelijking met de tijd tussen andere instapdata, vinden veel ouders dat onrechtvaardig lang. De raad pleitte er in eerdere adviezen bovendien voor om kinderen zo jong mogelijk te laten meedraaien in een omgeving die hun totale ontwikkeling stimuleert. De kleuterklas is zo'n stimulerende omgeving. Daarom pleit de raad voor het invoeren van een zevende instapdag op de eerste schooldag na de hemelvaartvakantie.
De raad pleit eveneens voor het behoud van 1 februari (teldag) als instapdag. Deze instapdatum valt weliswaar niet na een vakantieperiode en past niet evenwichtig in het tijdsinterval tussen de andere instapdata, maar de kleuters die op deze dag zijn ingeschreven, tellen nog mee voor het bepalen van het lestijdenpakket en de berekening van de werkingsmiddelen.