Advies ter voorbereiding van het masterplan Scholenbouw
De overheid wil tegemoet te komen aan de vele vragen naar vernieuwing van het verouderde schoolpatrimonium. Bovendien wil ze planmatig bijkomende schoolcapaciteit creëren volgens een langetermijnvisie. Ter voorbereiding van een masterplan vroeg de minister van Onderwijs de Vlor om advies over scholenbouw. De raad geeft aan welke cruciale lijnen het masterplan moet uitzetten en benoemt de prioriteiten en dringende noden in scholenbouw.
De stakeholders in onderwijs zijn vragende partij voor een globale, Vlaanderen-brede visie op onderwijsinfrastructuur. Onderwijsplanning moet deel uitmaken van een integrale planning waarin ook ruimtelijke ordening, verkeersbeleid, woonbeleid, sociaal beleid een plaats hebben. De Vlor doet ook een aanzet voor een debat over ‘maatschappelijk vastgoed’ en het belang van intersectoraal denken daarover.
De raad vraagt een duidelijk financieel kader voor scholenbouw. Een budgettaire inhaalbeweging blijft dringend en noodzakelijk. Maar tegelijk moet de kostprijs onder controle gehouden worden en moet men op zoek naar alternatieve financiering. Bovendien moet de overheid werk maken van meerjarenplanningen en de financieringsmechanismen en -procedures actualiseren.
Scholenbouw moet gebeuren vanuit een omvattend en breed kwaliteitsconcept. Daarbij gaat het niet alleen om ‘voorzien van voldoende plaatsen’, maar is er ook aandacht voor veiligheid, hygiëne, gezondheid, comfort en energiezuinigheid, belevingswaarde, toegankelijkheid, levensduur, afstemming met het pedagogisch project van de school en multifunctionaliteit.
Schoolbesturen en directies moeten gestimuleerd worden om zelf een visie te ontwikkelen op pedagogisch-onderwijskundig belang van een kwaliteitsvol schoolgebouw. Daarvoor is er nood aan een kwaliteitsvol planningsproces op schoolniveau.
Het masterplan Scholenbouw moet de kans grijpen om de multifunctionaliteit van schoolgebouwen te versterken. De Vlor ziet dat als een tweerichtingsverkeer: de school levert een dienst aan andere sectoren in de samenleving en de school wordt beter ondersteund door andere sectoren om zijn opdracht inzake gelijke onderwijskansen waar te maken. De school moet het knooppunt kunnen zijn van pedagogische én van sociale relaties.
Multifunctionaliteit omvat ook samenwerking tussen scholen en instellingen uit andere sectoren. Zo is er een betere afstemming nodig van regelgeving van verschillende sectoren. De verschillende bouwnormen per sector zijn een ernstige hindernis voor samenwerking.
De Vlor verwacht veel van de capaciteitsmonitor. De raad hoopt dat hiermee de fluctuerende (en complexe) onderwijsvraag in kaart gebracht en voorspeld kan worden
De raad vraagt de overheid om een behoefteberekeningsinstrument te ontwikkelen voor bestaande schoolinfrastructuur. Dat moet een zicht geven op de kostprijs van infrastructuurbehoeften en toelaten in te schatten welk budget er jaarlijks nodig is om het gebouwenpark te onderhouden en periodiek te vernieuwen.
Download hier het volledige advies