Advies over Europass, Europees kader voor transparantie in kwalificaties en competenties
De Europese Commissie heeft een voorstel uitgewerkt om verschillende instrumenten waarmee Europese burgers hun kwalificaties en competenties kunnen verduidelijken, in één kader samen te brengen en op elkaar af te stemmen. In zijn advies over Europass beoordeelt de Vlor het voorstel vanuit twee invalshoeken:
- de betekenis van de beleidsvoorstellen zelf
- de wijze waarop Vlaanderen ze kan implementeren.
De Vlor waardeert dat Europass mensen de kans geeft om hun kwalificaties en competenties helder te beschrijven. Dat is nuttig bij internationale mobiliteit en voor de tewerkstelling in de Vlaamse context. Want de betekenis van een studiebewijs is niet altijd even duidelijk. Dat het Europass-voorstel naast formele trajecten ook ruimte laat voor informeel leren is eveneens positief. Hij geeft in zijn advies wel enkele bedenkingen en suggesties:
- een duidelijk onderscheid tussen resultaten van leertrajecten en zelfbeoordelingen;
- Europass moet duidelijk en eenvoudig in gebruik zijn;
- Goede beveiliging van het elektronische beheer omwille van de privacy.
Europass mag in elke geval ingang vinden in Vlaanderen, vindt de raad. Het certificaatsupplement, één van de instrumenten uit het Europese voorstel, moet een standaardprocedure worden, zoals het diplomasupplement in het hoger onderwijs. De Vlor vraagt de overheid wel een samenhangend certificeringsbeleid uit te stippelen waar Europass deel van uitmaakt. Hij heeft wel nog enkele vragen en opmerkingen bij de implementatie van Europass in Vlaanderen.
- Wie bepaalt de inhoud van het certificaatsupplement en hoe? Onderwijspartners moeten erbij betrokken worden.
- Voor welke opleidingen is het certificaatsupplement precies bestemd?
- Heldere, gerichte overheidscommunicatie over de mogelijkheden van Europass;
- Een evaluatie van de meerwaarde en administratieve belasting van Europass;
- Is registratie en centraal beheer van uitgereikte studiebewijzen misschien toch nuttig?